Ik ontdek iets wat ik al heel lang weet. Dat dat kan weet ik óók al heel lang. Ik schreef ooit dat je nooit grote verrast kunt worden door de waarheden die je al lang kent.
De waarheid die ik al wist is deze:
”Ik heb geen invloed op wat mijn gedachten allemaal denken. Ik kan wel kiezen of ik serieus neem wat ze allemaal denken.”
Duh! En toch.
Ik vroeg mijn dochter hoe ze naar een verjaardag gaat waar ik ook heen ga. Zij heeft namelijk een auto en het zou fijn zijn als ik mee kon rijden. Ze antwoorden dat ze daar nog niet over nagedacht heeft. Ik antwoorden dat het geen haast had. Dat is ook zo. Ik hoef niet nu al te weten hoe ik daar naar toe ga.
Maar mijn hoofd wil graag rust, en wil dat daarom nu juist wel heel graag weten. Ik kan het loslaten, maar mijn hoofd kan het niet loslaten. Maar dan laat ik het niet écht los, dacht ik eerst. Maar dat is niet weer. Ik laat het wel los, ik biker er niet meer over, en ik heb er vertrouwen in dat het goed komt. Dat mijn hoofd daar in de achtergrond toch mee bezig is betekent niet dat ik het nog vast houd. “Mijn hoofd doet maar”, dacht ik: “maat is speel dat spelletje niet mee.”
En toen pas besefte ik dat ik automatisch aan het toe passen wat ik al heel lang wist. Het is nu niet meer een waarheid die ik weet, het is een waarheid die ik leef. En dát is wat ik ontdekte.