Beperkter dan ik door heb

Over de tekening:
De A50 die bij Renkum over de Rijn gaat. Het zijn elementen die ik liever niet is het landschap zie. Deze A50 snijdt hier dwars door een mooi natuurgebied. Ik heb een boekje met wandelingen uit de 19e eeuw. Die zijn voor een deel niet meer te lopen. De Doorwetse heide en de Wolfhezer heide waren vroeger één, nu zit de snelweg ertussen en hij is ook nog eens veel te goed te horen.
En toch, als ik er onderdoor loop is het een imposant bouwsel. Het is een indruk die niet kan ontbreken in mijn tekenboek.
Ik was moe, en het was al donker toen ik er aan begon. Mijn ogen deden bijna niet meer mee. Hij is niet geweldig, maar ik vind hem niet mislukt.


Ik tekende zo laat omdat ik vandaag mijn keuring van het UWV had. Daar zat ik al een half jaar op te wachten. Mijn ambulant begeleidster is op haar vrije dag gekomen om me bij te staan. 
Dat bleek al snel nodig want er werd niet gebeld om tien uur, de afspraak op de uitnodiging. Mijn begeleidster belde, de arts was aan het proberen Klimmendaal te bellen, daar zat ik toen ik mijn verzoek o, herkeuring aanvroeg. Maar dat was dus al meer dan een half jaar geleden.

Ik kan niet goed tegen gesprekken met instanties. Hij vroeg wat ik allemaal nog wel kon, maar ik benadrukte wat ik allemaal niet kon. ik wilde dat hij het goed begreep. Ik voelde me een bedrieger. Mijn begeleidster was een bedrieger, want intussen doe ik van alles. Ik telen en typ dit dagboek bijvoorbeeld, terwijl ik zeg dat ik niet met computers kan werken. 

Na een half uur stortte ik in, ik ga de telefoon aan mijn begeleidster. Zij beantwoorde de laatste paar vragen. 
“Ik zag het gebeuren”, zei ze later.
En dan besef ik dat ik helemaal niet overdreven heb. Niet mijn uitvoerige uitleg over alles wat ik niet kan is de leugen. Alles wat ik zo dapper doe is de leugen. Ik typ dit en weet zelfs hoe ik de tekening moet invoegen. Maar het heeft me dagen gekost om dat uit te zoeken. Ik ben aan een stuk door met de spellingscontrole aan het zoeken wat ik nú weer fout heb getypt. En ik moet na het schrijven van mijn dagboek een half huur met mijn ogen dicht zitten om ze rust te geven. 

En zo gaat het met alles. Ik doe best veel, maar de dingen die ik doe kosten me alles. Ik vermoed dat ik niet de enige ben. We doen ons allemaal beter voor dan we zijn, en we betalen de prijs als er niemand is om het te zien.