Therapie. Waarden scoren. Kaartjes rangschikken in belangrijk<>niet belangrijk. Deze deed ik al eerder. Ik weet mijn waarden ook wel. Maar nu. De diepere laag. Confronterend.
Blijken er ongelofelijk veel waarden nog vast te zitten aan mijn plichtsgevoel. Heel confronterend want ik weet hoe dat werkt, en toch had ik niet door hoeveel waarden van mij nog op die manier verstrikt zitten in een web van ingeslikte normen van anderen.
Confronterend ook dat het moeilijk is om dat plichtsgevoel niet mee te laten tellen. Een hele reeks kaartjes zelfs waar ik gewoon echt niet uit kom. Is dat plichtsgevoel of iets waar ik voor wil staan.
Ik weet dat dit uit mijn opvoeding komt. Mijn ouders waren vrijzinnig gelovig (remonstrants). Weinig opgelegde normen t.a.v. levensstijl. Wel deze: “Het goede doen”. Eentje die zo mooi is dat ik niet in de gaten had, hoe die mij dwingt en onvrij maakt.
Grote ontdekking. Het voelt als verraad om niet te kiezen voor “het goede doen”. Maar die manier waarop het bij mij verankerd is, betekent dat het ten koste gaat van mezelf. Ik mag daar dus in los laten. En dat is zoveel moeilijker dan ik ooit kon denken.
Ik schreef erover met mijn broer.
Hij kon ze zo opnoemen, de waarden van mijn moeders kant van de familie:
Hij kon ze zo opnoemen, de waarden van mijn moeders kant van de familie:
Het goede doen
– dankbaar voor wat je gegeven wordt
– ken je plek, geen hoogmoed
– niet te ver boven het maaiveld uitsteken
– geen gebruik maken van de status van je familie/ ouders
– doe gewoon, doe als de anderen je bent niet beter of meer dan een ander
– eerst om een ander denken dan om jezelf
– gehoorzaam en wees beleefd
– oordeel niet te snel over een ander
Rahder waarden maar ook Drentse / plattelands waarden
(einde cittaat)
Ik ben meer een Voerman, meer mijn vader: dwars, eigenzinnig, sociaal onhandig. Ik kon de waarden niet waar maken en zorgde voor een spagaat. Geen wonder dat mijn innerlijke criticus een feestje heeft in mijn hoofd.