Over de tekening:
Hier ben ik dus heel ontevreden over. I don’t know what I was thinking! Maar dat weet ik wel. Nog een keer terug naar de sneeuw en dan de bomen wat losser tekenen, en eindelijk een keer de sneeuwbui zelf tekenen. Punt is dat ik die bomen helemaal niet losjes kan tekenen. Ik kan geen wit over donker doen en moet dus heel precies wit houden wat sneeuw moet worden. Hoer lukte me dat heel goed. (Tekening van de foto die op het zelfde moment gemaakt wordt, op iets andere positie).
Maar nu ging alles mis. Het begon al dat toen ik mijn setje grijze krijtjes pakte. Die zien er voor mij allemaal hetzelfde uit. Pas als ik ze gebruik zie ik het verschil, dus ik probeer ze uit. Maar dat is niet genoeg, want als ik er met wit overheen ga, zijn het opeens verrassingskrijtkjes, ze laten dan pas hun echte kleur voor me zien. Dit zijn ze:
Ik zie wel dat linksonder wat groenig is, en linksboven wat meer blauw, maar ze lijken voor mij dus echt heel erg op elkaar. De foto van de krijtjes zelf geeft voor mij al meer verschil dan ik in real-life kan zien.
De bovenkant van de tekening is veel groener dan ik wilde, de onderkant veel blauwer dan ik wilde.
En dan een les die ik bij het schrijven al leerde. “Echt gebeurt is geen excuus!” Het moet geloofwaardig zijn en het echte leven heeft soms ongeloofwaardige dingen die je dus niet kunt gebruiken. De sneeuwbui komt van links, en de sneeuw op de bomen is rechts. Dit was echt zo, ik zie het op de foto waar die ik voor de tekening gebruikte. Maar voor de kijker had ik de sneeuw de ander kant op moeten laten gaan. Nu zegt het brein: er klopt iets niet.
Het kost me heel veel moeite om los te laten hoe ik het wilde en deze tekening te zien met nieuwe ogen. Hoe langer ik er naar kijk, hoe mooier hij wordt, maar het gevoel van ontevredenheid heb ik nog niet van me af kunnen schudden.
Het proces van tekenen loopt gelijk op met het proces van mijn revalidatie. Natuurlijk, ik kom in beiden dezelfde Emma teken!
In beide processen is het zo vreselijk moeilijk om verwachtingen los te laten en tevreden te zijn met wat is.
In beiden processen heb ik niet door hoe hard ik werk.
In beide processen vergeet ik dat het geen lineair proces is, het is opstaan en vallen.
En weer opstaan natuurlijk, maar daar heb ik nu nog even geen energie voor, wel het vertrouwen dat ik dat over een tijdje weer kan.