Februari 2022

Nog steeds van de wandeling van zondag 30 januari. Langs de bosrand boven Wolfheze. Dit pad loopt naar het zuid-westen. Links in de verte, nog achter die bomenrij, Wolfheze. Ik liep nog even verder om langs de Rijerskamp naar het zuiden te lopen. 
Weer wolken proberen. En hoe teken je gras? Het is een paar keer gelukt met mini streepjes en stipjes (tekeningen 18-12-21 en 17-01-22), maar dit is wild bermgras, en het uitgesleten pad ertussen, glansde juist in de zon en was lichter dan het gras eromheen. Toch was het een goede keuze om het donker te maken, vind ik. Toen ik het wit liet, in de tekening van 08-12-21, leek het net volgelopen met water.
Het geheel klopt met wat ik wilde laten zien. Dat ielige bosje, de doorkijk naar de wijdsheid, de wolken, die bomenrij in de verte, zelfs het uitgesleten paadje.

De Duno! Ik heb al zoveel tekeningen hier, maar dat is zo logisch. Mooie plek en zo dicht bij huis. De eerste keer dat ik hier was, was ik direct onder de indruk, en dat is nog steeds zo. Ik vond hem ingewikkeld. Ik raak als ik de horizontale lijnen schets altijd in de war wat nu de Rijn is. De Rijn is hier dan ook dubbel (en op een bepaalde plek zelfs driedubbel) door de sluizen en de stuw bij Driel. Ik ben er tevreden over. De Rodondendrons waren leuk om te doen. Straks kan ik dat ook met bomen als ze weer blad hebben.

 

Vlak onder de Duno. Als ik de berg halverwege loop vanaf de uitkijktoren bij de Boersberg, dan tel ik zeven uitlopers met daartussen dalen. Hier links is de zevende berg, daarbovenop is de Duno vlakte. Beneden in de verte de Fontijnallee, met een van de ingangen, die fietsers lokken om de fiets aan de kant te zetten en een stukje berg te bewandelen.Deze wilde ik al heel lang doen, maar ik durfde niet. Zou ik het hoogteverschil wel goed krijgen en al die bomen! Ik tekende er minder dan er zijn, en er is een pad tussen dit pad en het pad helemaal beneden dat ik niet kon laten zien. Het pad is een en al haarspeldbocht hier.
Toch goed genoeg gelukt, vind ik.

(een gelige foto betekent dat ik hem na zonsondergang tekende en fotografeerde)

 

De Wodanskeiken, bij de Wolfhezer heide. Beroemd door de Oosterbeekse School schilders. Mooie bossen ook met beekjes en wallen om die beekjes, en een pad dat over bruggetjes heen en weer over die (meestal droge) beekjes slingert.
Dit is een beetje een vlugge schets, bijna uit de lossen pols. Ik laat het zo, want het heeft zijn eigen charme. Dat raakt voor mij weer aan mijn thema: wat wil ik uiteindelijk met mijn tekenen, wat is mijn stijl? Ik zou nu een experiment kunnen doen, met proberen om met vlugge schetsen een beeld neer te zetten. Nog niet helemaal zeker daarover. Wel onthouden. Hier gebeurde trouwens weer eventjes iets dat bij mijn allereerste tekeningen gebeurde. Mijn hand deed dingen zonder dat mijn hoofd daar bewust mee bezig was. De stammen van de bomen ‘krabbelde’ ik. En vooral bij de rechterboom is dat mooier geworden dan als ik dat bewust had gedaan.

Als je vanuit Oosterbeek de Van Borsselenweg oversteekt, net ten zuiden van Tuin de Lage Oorspromg, zie je een pad lopen door het weiland, richting Westerbouwing.
De foto is van mijn allereerste wandeling in 2017, de zomer voordat ik hier kwam wonen. Ik speelde vals en trok voor de tekening de blaadjes van de bomen en maakte me het moeilijk want al dat blad was lekker bladvullend.
Deze deed ik heel snel. Ik was pas om 21.00 thuis en was moe na een gezellige dag bij Teske. Heel even overwoog ik gewoon maar niet te tekenen. In de bus vond ik deze op de telefoon. Dat pad in de diepte dat weer omhoog loopt, die man met hond. Dit was het moment dat ik stapelverliefd werd op deze plek. Ik moet deze in de zomer nog een keer zorgvuldiger doen.

 

De Noordberg, ingang vanuit de uiterwaarden van Renkum.
En als je dan expres wat nonchalanter wil tekenen (nog steeds moe), dan werkt het niet. Niet zo heel tevreden over deze, terwijl ik juist dacht dat deze het in zich had om charmant te zijn, want ik houd van klaphekjes.

Renkums beekdal. Dit huis met moestuin staat dichtbij het informatiecentrum.
Dit vergde wel weer veel aandacht en zorgvuldig tekenen, en hoewel ik nog steeds heel moe ben, leek het me juist goed om geconcentreerd te tekenen. Er is veel dat werkt en lukt en een aantal dingen die niet werken. Het geheel is goed. Gek genoeg ben ik het minst tevreden over de bomen, terwijl ik dat nu zou moeten kunnen. Ik denk dat ik mijn energie op was, ik deed ze het laatst. Wat dan ook niet helpt is dat ik moet zorgen dat ik met mijn hand niet over de tekening veeg. De kruinen zijn te wijd en te hoog. En er staan er meer. Wat ik op de foto zo leuk vond was dat het een rijtje was, een laan zeg maar.
Wel tevreden over het huis. Ik ben iets minder geïntimideerd door het perspectief, terwijl juist dit, met die daken en dakkapellen een ingewikkelde was. 

Kerkepad, en dan is er een ontwerpstudio, en daar kun je een weiland in. Dat weiland ligt een stuk hoger dan de uiterwaarden. Dit was februari 2018 met hoogwater, Ondergelopen uiterwaarden. En ganzen op de droge stukken. Het kerkje en de twee huisjes langs het Kerkepad.
Bossen, heuvels, beekjes, hei, en uiterwaarden. Dat zijn zo’n beetje de thema’s hier en ik raak er niet op uitgekeken.
Nu werkt de slordigheid vooraan wel. Een weiland met molshopen, en dat valt er niet uit af te leiden, maar het stoort ook niet, die paar vlekken. Beter dan een wit stuk papier.

 

Van die zelfde wandeling in 2018. Dit is een van de wilgen in dat rijtje van de tekening hierboven. Langs de weg naar de camping “Rijnover”. Heel bijzonder hoe grillig ze zijn. Knotwilgen en Meidoorn, mijn lievelingen in de uiterwaarden. Ik vind mijn potlood de laatste dagen wat grijs. Gek, want met datzelfde potlood maakte ik eerder wel zwartere tekeningen.

 

Met dochter naar Kasteel Doorwerth geweest, en ook er in. Dat had ik, slecht genoeg nog niet gedaan in de ruim 4 jaar dat ik hier woon. En natuurlijk wilde ik ook een keer weer een verse dagtekening maken. Er klopt van alles niet en toch is ie leuk. Gebouwen blijven intimiderend, en heel langzaamaan leer ik ook daarmee losser te worden. Deze tekening is een gekke mengeling tussen het heel precies willen doen en wat nonchalanter durven zijn. Dat laatst, daar wil ik naar toe, maar dat moet groeien.

 

Weer de Duno vlakte. Dat hek staat op de rand van het plateau waarmee ze de plattegrond van het vroegere hotel zichtbaar hebben gemaakt.
Achtergrond met een H potlood, takken en hek met HB. Dat contrast vond ik zo leuk. En takken blijven eigenlijk ook wel leuk. Tekening gemaakt ondanks vreselijke rugpijn. Ik bedenk nu dat tekenen op de bank met laptop op schoot (voor de foto), niet echt een goed houding is. Gisteren heel geconcentreerd bezig geweest met het kasteel, misschien daarmee ook de rug nog extra belast.

 

Bovenaan de Italiaanse weg. Uitzicht op de grote haarspeldbocht. Achter me het veld met dennen die, toen ik de foto maakte, nog niet geveld waren. (Hier de tekening van het kale veld).
Ik moest snel werken want ik kon niet lang stilzitten vanwege de rugpijn. De stam links vind ik leuk, en de rest is ok. Dit perspectief is leuk, en dat is redelijk uit de verf gekomen. Ondergrond blijft moeilijk.

 

Gewoon niet tevreden over deze. Die wilgentakken op de voorgrond leken me leuk, maar het is een rommeltje. En juist die takken moesten er voor zorgen dat het niet zo’n saai landschap was. Want die uiterwaarden zijn zo mooi om hun uitgestrektheid, maar qua tekenen is dat saai.

 

Midden in de Rosande Polder. Modderig en nat in de winter, en veel prikstruiken. Dat zijn behalve bramen ook Meidoorns, en die zijn zo mooi als ze bloeien. Nu als omlijsting van de spoorbrug. Ik nam veel vrijheden. Ik maakte de spoorbrug veel groter, dus misschien is het perspectief wat vreemd. En ik beperkte de takken tot een paar, iets meer gestileerd dan de foto. Het effect is goed, deze vind ik wel weer leuk.

 

Mijn eigen flat, de Dillenburg. Die moest er natuurlijk ook in. Vertrek- en eindpunt van alle wandelingen. Soms, als ik erg moe ben, ben ik zo blij als ik dit zie.
Intimiderend, dat lijnenspel, en ik ben blij dat ik niet geprobeerd heb om het zo precies mogelijk te doen. Helemaal uit de losse hand, en een beetje slordigheid hoort intussen bij mijn stel.